dinsdag 13 juli 2021

'Het paradijs ligt achter je.'

Soms verlang ik wel eens terug naar mijn kindertijd, toen er nog zo veel te ontdekken viel in de wereld. Alles was nieuw, steeds deed je weer nieuwe ervaringen op. Voor het eerst in de trein, voor het eerst naar de ‘grote school’ (en dezelfde dag kon je opeens het woordje ‘boom’ lezen en schrijven), voor het eerst naar de Efteling! Ik zag het kinderlijke enthousiasme en de verwondering weer terug toen ik jaren later met mijn nichtjes van zes naar de Efteling ging en door het Sprookjesbos liep. Het was een herbeleving van mijn eerste keer in het Sprookjesbos. Ik probeer die verwondering terug te roepen als ik door een mooi natuurgebied wandel en me heel bewust de omgeving om mij heen probeer in me op te nemen. Maar dat lukt maar ten dele. Voor volwassenen geldt toch helaas dat ‘het paradijs achter je ligt’ (citaat van prof. dr. Rein Nauta). 

Bij mensen met dementie zie je die glimp van verwondering weer terug, omdat hun herinneringen voor een groot deel gewist zijn. Dat is natuurlijk treurig, vooral als het hen in verwarring brengt. De wereld wordt voor hen heel ongrijpbaar en ingewikkeld, een vreemde mix van vertrouwd en vreemd. Bij mijn moeder had dat ook wel een mooie uitwerking, aandoenlijk maar ook grappig. Bij haar was het niet alleen maar verwondering, maar ook bewondering. Zij had tot vlak voor haar overlijden een scherp oog voor wat er om haar heen gebeurde (dat was in één klap over toen ze aan de Haldol moest). Veel van wat ze zag, had ze in haar beleving nog nooit eerder gezien en ze hield er niet mee op om haar observaties met ons te delen. Zo was ze gefascineerd door de inpandige voordeuren die ze bij de woningen zag. Als dochter van een architect met bovendien zelf ook oog voor architectuur, viel haar dat steeds weer op. Ze raakte er niet over uitgepraat. ‘Zo handig. Bezoekers hoeven zo niet in weer en wind te wachten tot de deur geopend wordt.’ Ze was ervan overtuigd dat dit ‘waar ik vandaan kom’ niet voorkomt, dat het speciaal iets was voor deze streek. Ook de mooie groene omgeving vond ze uniek. Nergens anders in Nederland was het zo mooi als hier! Ze vermoedde ook dat maar weinig mensen hiervan op de hoogte waren. Nou is het inderdaad mooi groen in Brabant, maar zelf woonde ze aan de rand van de Veluwe, dus aan groen had ze nooit gebrek. Uiteraard sprak ik haar nooit tegen en deelde ik haar enthousiasme. Ik vond het fijn dat ze zo kon genieten van wat ze om haar heen zag. Winkelen was ook steeds een nieuwe en unieke ervaring voor haar. Een dankbaar uitstapje was altijd het tuincentrum. Ze raakte er niet over uitgesproken. Wat groot, wat veel planten, wat een prachtige bloemen! ‘Dat heb ik nog nooit gezien.’ Steevast legde ze een aantal planten in het winkelwagentje als cadeautje voor mij. Winkelen met haar was leuk als je er maar de tijd voor nam. In de supermarkt liep ze van schap tot schap. Steeds pakte ze een product op en bekeek het met veel belangstelling, want ze wist niet wat het was maar ze was er wel in geïnteresseerd. Ik probeerde met haar ogen te kijken, en dan besefte ik ook opeens hoe immens het aanbod is en ook hoeveel ‘vreemde’ producten er eigenlijk te koop zijn (van exotische vruchten tot honderd soorten bier). Ik was haar ook steeds kwijt want ze liep kriskras door de winkel. In plaats van mij te volgen bleef ze steeds steken bij een schap. Zoals een kind, eigenlijk, hoewel ik ervoor waak om mensen met dementie ‘kinds’ te noemen, zoals sommige mensen doen. Daarmee doe je de kinderen én de mensen met dementie geen recht. Maar die kinderlijke onbevangenheid, die zag ik wel bij haar terug, en dat was vooral heel leerzaam voor mijzelf.

3 oktober 2021

Schrijf het van je af...

Schrijf het van je af, zei mijn moeder altijd. Nu zal ze dat niet meer zeggen. Ze heeft sowieso geen wijze raad meer voor me. Ik ben nu dege...