woensdag 16 juni 2021

Hoe het begon

1 juni 2013 stierf mijn vader op 80-jarige leeftijd. Hij sukkelde al een tijdje met zijn gezondheid en had steeds meer verzorging nodig, die mijn moeder liefdevol op haar nam. Dat ze daarbij haar eigen gezondheid veronachtzaamde - ze had al vanaf haar 18de diabetes type 1 - hadden wij als kinderen aanvankelijk niet door. Na mijn vaders overlijden bleek dat haar bloedsuikerwaardes derhalve ontregeld waren, dat een ziekenhuisopname nodig bleek om haar weer stabiel te krijgen. In het ziekenhuis ontstond het vermoeden dat ze af en toe vergat insuline te spuiten, en er werd thuishulp voor haar geregeld. Bovendien stelde ze haar in op twee maal spuiten per dag in plaats van vier maal per dag. Dit was onze eerste, echte kennismaking met mijn moeders grote behoefte aan zelfbeschikking, hoewel dit natuurlijk ook een karaktertrek is die zich altijd al manifesteerde. Maar nu viel het niet meer te missen! Noch het nieuwe prikregime noch de thuishulp die twee maal per dag kwam om haar te assisteren met spuiten kon ze waarderen. Maandenlang heeft ze zich hiertegen verzet. De thuiszorg moest het aanvankelijk ook ontgelden. Ze was niet bepaald vriendelijk voor hen en dreigde de zorg stop te zetten. Intussen was de diagnose Alzheimer gesteld door de geriater, maar daar reageerde ze in eerste instantie vrij laconiek op. Ze had er nog niet zo’n last van, ‘het zal mijn tijd wel duren’. Woest was ze daarentegen wel toen ze twee verpleegkundigen hoorde zeggen dat haar levensverwachting acht jaar was (de gemiddelde levensverwachting bij mensen met Alzheimer). Hoe kunnen ze dat nou weten! Ze was het er duidelijk niet mee eens. Ondanks het overlijden van haar man had ze nog genoeg levenslust! ‘Ik tel mijn zegeningen’, heeft ze lange tijd gezegd. (Ook toen de Alzheimer al ver gevorderd was, heeft ze altijd met veel liefde over haar man, kinderen en kleinkinderen gesproken, en mooie herinneringen opgehaald uit haar jonge jaren.)


Diagnose Alzheimer

Voor ons kwam de diagnose Alzheimer op zich niet als een verrassing. We hadden al eerder signalen dat ze vergeetachtig werd, maar ik hoopte eigenlijk - tegen beter weten in - dat het te wijten was aan het ouder worden. Ze sprak zelf wel eens uit dat ze vreesde voor dementie, maar ik was geneigd dat te bagatelliseren. Och, het zal de leeftijd wel zijn... Ik vermoed echter dat mijn vader het al wel in de gaten had. Hij ging er nooit in mee als ik mijn relativerende woorden uitsprak. Hij zweeg gewoonweg. Mijn vader had in die tijd zijn handen vol aan zijn eigen gezondheidssituatie, en ik denk dat hij besloten had deze 'kwestie' over te dragen aan zijn kinderen, wetende dat zijn leven ten einde liep. 


Buurtzorg

Met de thuiszorg is het uiteindelijk goedgekomen. Toen we overstapte op de Buurtzorg, die werkte met een klein vast team dat haar hielp, ontstond er geleidelijk aan een band met de wijkverpleegkundigen. Mijn moeder ging hun bezoekjes heel erg waarderen. Voor mij was het een geruststellende gedachte dat er in ieder geval twee keer per dag iemand bij haar kwam om de vinger aan de pols te houden. Zo heeft ze het zelfstandig thuis wonen nog redelijk lang volgehouden, al waren er genoegen redenen tot zorg en waren er regelmatig akkefietjes die om een acute oplossing vroegen. Daarover later meer. 


Rust, aandacht en geduld

Helaas heeft ze met de verzorgenden in de zorgvilla nooit die band kunnen opbouwen die ze wel met de Buurtzorg had. Ze kon de vele gezichten niet meer uit elkaar houden, ze had steeds het idee dat ze weer een nieuw persoon voor zich zag. Mijn moeder was een echt familiemens, maar bij ‘vreemden’ keek ze altijd even de kat uit de boom. Had die vreemde haar hart eenmaal gewonnen, dan ontstond er een vriendschap voor het leven. De twee ‘persoonlijk begeleiders’ die mijn moeder opzochten, is dat gelukt. Vanaf het eerste begin was er een wederzijdse klik, dat was prachtig om te zien. Ook had ze een warme band met een vriendin die haar (tot corona) al jarenlang iedere maand opzocht. Op het laatst wist mijn moeder niet meer precies wie ze was, maar het was duidelijk dat ze vertrouwd was met haar en zich goed voelde bij haar. Misschien heeft het ermee te maken dat zij er steeds volledig voor haar waren en haar met rust, aandacht en geduld bejegenden. Iets wat voor het zorgpersoneel veel lastiger te realiseren bleek. De contactmomenten met het zorgpersoneel waren denk ik steeds te kort en te vluchtig om echt een relatie op te kunnen bouwen. 


16-06-2021

Schrijf het van je af...

Schrijf het van je af, zei mijn moeder altijd. Nu zal ze dat niet meer zeggen. Ze heeft sowieso geen wijze raad meer voor me. Ik ben nu dege...